Monstera verzorgen: alle tips en info voor een gezonde kamerplant

De Monstera komt uit de tropische regenwouden van Midden- en Zuid-Amerika. Hier groeit hij als klimplant langs bomen omhoog. De bekende gaten in de bladeren zorgen in het wild voor lichtdoorlating en minder schade door wind.

De Monstera houdt van licht vochtige grond. Laat de bovenlaag van de aarde altijd even opdrogen voordat je weer water geeft. In de zomer is dat meestal 1 keer per week, in de winter 1 keer per twee weken. Geef liever iets te weinig dan te veel.

Een Monstera groeit het beste op een lichte plek met indirect zonlicht. Directe zon kan de bladeren verbranden. Hij kan ook in halfschaduw overleven, maar de groei zal dan minder zijn en bladeren ontwikkelen minder snel gaten.

Geef de Monstera tijdens het groeiseizoen (maart tot september) elke 4 weken plantenvoeding. In de winter heeft hij geen extra voeding nodig. Gebruik voeding voor groene kamerplanten of monstera-specifieke mixen.

De Monstera is licht giftig voor huisdieren en mensen. Het sap en de bladeren kunnen bij inname irritatie veroorzaken. Zet hem dus buiten bereik van kinderen of dieren die eraan knabbelen.

Verpot je Monstera elke 1 à 2 jaar naar een grotere pot. Hij groeit snel en houdt van ruimte. Gebruik luchtige potgrond met goede drainage en eventueel wat kokos of perliet. Hydrokorrels onderin zijn aan te raden.

De Monstera is over het algemeen sterk, maar bruine vlekken of hangende bladeren kunnen duiden op waterstress of tocht. Controleer regelmatig op spint of bladluis bij droge lucht. Sproei af en toe voor een gezonde bladstructuur.

Monstera’s zijn makkelijk te stekken. Snijd een stengel af met een luchtwortel eraan en zet deze in water of vochtige potgrond. Na een paar weken ontstaan er nieuwe wortels, waarna je hem kunt oppotten.